Home
BERT VAN ZELM
 
Back to writings

'L'HOMME QUI RIT': TANGUY, DE LAATSTE SURREALIST VAN BRUSSEL EN ANDER KLEURRIJK VOLK

 

In de negentiger jaren van de vorige eeuw maakte ik deel uit van de stal van ‘L’homme qui rit’, een galerie gerund door een Franse graaf. De naam van de Brusselse galerie was ontleend aan de roman van Victor Hugo.

 

Hoofdpersoon van de roman is Gwynplaine, een man met een gehavend gezicht, maar een en al goedheid.

Zijn uiterlijk heeft min of meer model gestaan voor de Joker van de film Batman.

 

Ook de starlet die in tweeën gezaagd gevonden wordt door Robert Duval, had eenzelfde tot grimas versneden gezicht. De film is ‘True confessions’, een van mijn favoriete films.

Niet alleen in fictie komt of kwam deze grimas voor. Elizabeth Short is ergens in Los Angeles zo gevonden. Vanwege de walgelijkheid van de foto's zie je hieronder niet hoe erg ze toegetakeld was. Ik toon haar in al haar glorie. Mary Pacios stelt in haar boek 'Childhood Shadows', dat Orson Welles het op zijn geweten zou hebben.

Verder staat deze misvorming van het gezicht ook bekend als de Glasgow Smile. In 1920-30 was het mode bij street gangs in Engeland en Schotland om slachtoffers zo te misvormen.

Als toetje noemen we deze ‘glimlach’ ook wel de Cheshire grin naar de kat uit de roman ‘Alice in Wonderland’.

 

 

Zal de naam van de galerie invloed hebben gehad op de bezoekers?

Ik heb via de galerie veel kleurrijke mensen leren kennen.

 

Er was de uitgever van kunstboeken. (Helaas geen foto).

Hij was altijd uiterst voorkomend tegen het vrouwvolk. Zeker tegen de moeder van de graaf. Zij immers had het geld.

Zijn uiterlijk leek permanent in de stijgers te staan.

Blauw geblazerd, geparfumeerd en met rouge op de wangen was hij een uitroepteken op welke opening dan ook. Zijn gebit was een chaotische verzameling van tanden, die elk hun best deden de juiste plaats op de kaak te veroveren. Op het hoofd droeg hij een onvaste Warhol pruik.

Als hij mij zag, bood hij mij steevast aan een unieke editie van mijn werk te maken. Hij waardeerde mijn werk enorm; het smeekte om een luxe uitgave. De benodigde fondsen stonden op mijn bankrekening.

Ik ben verscheidene malen in zijn auto van hot naar haar gereden. De bodem lag bezaaid met niet verkochte edities van zijn kunstboeken.

 

Ik ging er naar de opening van een in Europa verdwaalde New Yorkse graffiti kunstenaar. Ooit had hij de straten beschilderd in gezelschap van Basquiat en Haring. Zijn werk was te herkennen aan een hel groene kleur die niemand anders gebruikte.

Hij was getrouwd met een echte Brünhilde uit Beieren. Ze was als meisje met alle opera’s van Wagner te slapen gelegd en had het haar in ronde vlechten op de slapen gedrapeerd. Groter contrast was niet mogelijk.

In het toen niet verre verleden was werk van hem aangekocht door het Gronings museum op aanraden van Fred Haks.

Op zijn opening stonden twee conservatoren van het museum in een hoek te fluisteren. Hij deed er niet meer toe. Niet ouder dan 30 jaar en al aan het einde van een carriëre… Ik ben zijn naam vergeten en heb nergens een spoor van hem op internet kunnen vinden.

 

De galeriehouder was een markant heerschap. Hij was uiterst gul met het schenken van zeer goede wijnen. Ik logeerde vaak bij hem thuis. Hij was in alles ruimdenkend en een en al medewerking.

Ik verkocht goed, maar als dan na de opening geïnventariseerd moest worden wat aan wie verkocht was, bleek hij meer achter de meisjes aan te hebben gezeten, dan te hebben opgemerkt wie wat aangeschaft had.

Ook uitbetalen ging langzaam. Hij had geen idee van geld. Dat was bijzaak; hij was een authentiek gefortuneerde bohemien.

Toen ik een keer na eindeloos informeren nog steeds mijn geld niet had, nodigde hij mij voor een feest met fotomodellen uit. Ik moest absoluut komen!

Na zijn verzekering te hebben gekregen dat hij betalen zou, kocht ik van mijn laatste geld een retour Brussel.

Daar nodigde hij mij in het duurste Japanse restaurant uit. Op zijn kosten ging de avond in de saké ten onder. Ik herinner me van het feest met de fotomodellen niets meer.

Met een gedeelte van het nog te ontvangen geld op zak ben ik naar Amsterdam terug kunnen keren.

 

Tanguy was het mooiste exemplaar en volgens de galleriehouder de laatste surrealist van België. Ook hij was van adel en in zijn knalrode Lancia op weg naar de vergetelheid. Hij woonde in een kasteel waarvan hij kamer na kamer leeg verkocht om te overleven.

Op openingen was hij altijd vergezeld van zijn hondje, hondenbrood, een golfstick en golfbal.

Na de speeches en enkele glazen alcohol haalde hij de bal uit zijn zak en begon die door de verschillende ruimtes te tikken.

Dit was performance nummer een.

Nummer twee was dat hij stiekem hondenbroodkorrels in de handtasjes van diverse dames stopte. Zijn hondje hopte dan enthousiast tegen de verbaasde dames op. Consternatie alom. Zeker als het ging om een dame die wellicht iets kopen wilde.

 

 

Zijn beste performance heeft hij ooit gegeven tijdens een diner na een opening van een van mijn tentoonstellingen. Gewoontegetrouw zat ik naast de galeriehouder en aan mijn andere zijde zat een uiterst verdrietige Tanguy.

Zijn vriendin had hem verlaten. Tussen het voor- en het hoofdgerecht begon hij mij te duwen. Ik kon geen kant op. Het duwen ging over in slaan. En nadat ik voor hem plaats gemaakt had, citeerde hij voor de galeriehouder luid uit gekopieerde liefdesbrieven aan zijn muze.

Hoe was het toch in godsnaam mogelijk, dat zij hem zo kil aan de kant had gezet…

Iedereen in Brussel kende hem. Er werd noch aan de aangrenzende tafels noch door het bedienend personeel aandacht besteed aan zijn toch zeer luid gesnik en de hysterisch georeerde passages.

Langzaam kwam hij tot bedaren, waarna hij op de tafel klom en begon the golfen.

Voordeel was dat ook de overige gasten zich gedrag konden veroorloven, dat niet standaard was.

Ik heb diezelfde avond een vriendin door het etablissement achterna gezeten.

 

Een andere niet door mij beleefde herinnering is, dat een bevriend stel kunstenaars een nacht op zijn kasteel heeft doorgebracht. Na een barre tocht met een totaal bezopen chauffeur hebben ze de prachtige collectie jachtgeweren mogen bewonderen. Ze waren geladen…

 

Tanguy kwam met de galeriehouder mee op bezoek in Amsterdam. Daar was hij niet bekend en bemind, dus toen hij in een restaurant de belendende tafels af begon te ruimen, terwijl de eters nog lang niet klaar waren, kreeg ik een brullende kelner aan mijn broek. Met hulp van de galeriehouder kon de zaak worden gesust.

Tanguy begreep er niets van. Zoals hij er ook helemaal niets van begreep, dat je met een knalrode auto niet tegen de rijrichting in mocht. Dat was kunst, immers…

 

Tot slot dient te worden vermeld, dat ik een zeer hoge Franse diplomate heb leren kennen, met wie ik veel prachtige avonturen beleefd heb.

 

Helaas sloot de galerie, het werd te veel voor de galeriehouder. Hij had een bekwame assistente in de arm genomen voor het afhandelen van de administratieve rompslomp, maar ook hij schilderde en dat kreeg na enige tijd de voorrang.

 

Ik beschouw het anti-bourgeois feest als een waardige afsluiting van het Brusselse hoofdstuk. Het enige dat op dat feest te eten was: gerookte zalm en oesters. De champagne vloeide overdadig.

Ik heb er in smoking gedanst met de spreuk ‘Vive le bourgeoisie’ uit het pochet zakje.

 

Ik heb nog steeds een zwak voor Brussel ook al is de galeriehouder naar Marokko uitgeweken.

Ik heb daar ‘Het Bad Der Dwazen’ verkocht. Mijn omgekeerde versie van de ‘The Ship Of Fools’.

Dit ‘Schip der Dwazen’ komt het eerst voor in het boek ‘De Staat’ van Plato en is een metafoor voor de stuurloze maatschappij. Op de boot denkt iedereen te weten hoe men navigeren moet, maar niemand heeft er werkelijk verstand van.

 

 

Jeroen Bosch - 'Schip Der dwazen'.

 

Ik heb mijn omgekeerde versie waarschijnlijk geïnspireerd op alle prachtige eigenwijze en o zo breekbare dwazen, die ik in die periode daar ontmoet heb. 

 

'Het Bad der Dwazen'.

 

 

Klik op de onderstaande leus om de trailer van de film 'L'Homme Qui Rit' uit 2012 te zien.

 

‘Vive le bourgeoisie!’

 

 

Back to writings